Op reis

14 juli 2022 - Broad Cove River, Canada

Op Reis

Allereerst een extra “note”. Door het gebrekkige internet tijdens het reizen moeten jullie het helaas met een saai verhaal stellen, dat (nog) niet is opgeleukt met bijbehorend beeldmateriaal. Maar… wat in het vat zit verzuurt niet…


Tja, en daar gingen we dan, vrijdagochtend  1 juli, op reis. Maar niet zonder slag of stoot.
Bij vertrek wilden we nog even wat water in de tank doen voor onderweg, maar dat liep er net zo snel uit als dat het erin ging. Jakkes. We knepen hem behoorlijk. Kwam er alsnog een kink in de kabel? Maar de verhuurder loste het netjes op en stuurde een mecanicien: gewoon een kwestie van een filter dichtdraaien, die een beetje verstopt zat in het binnenste van de camper. Wisten wij veel. 

Een deel van onze spullen moest die camper in. 3 Gevulde koffers stonden bij de verhuurder in tijdelijke opslag. Man. Je houdt het niet voor mogelijk! In dat ding bleek niet alleen een volledige uitzet aan serviesgoed te zitten (wel handig), maar ook een koffiezetmachine, een barbecue, een broodrooster, een gril, naast gewoon serviesgoed ook nog eens alles in plastic, een first aid kit, een 2 brandblussesr, een hondendeken, enz. enz. enz. . Kortom niet eenvoudig om onze spullen er ook nog bij te proppen…..  maar bepakt en bezakt eindelijk onderweg.  ± 850 km naar de kust van New Brunswick. De etappe in 2 stukjes geknipt en de eerste overnachting was in “Great Falls”.  New Brunswick is 2 taling dus je kunt hier ook met Engels goed uit de voeten.

En aangezien het Canada Day weekend was vielen we met ons neus in de b…..  nee het aardappel festival..
In de plaatselijke markthallen werd de winterse huisvlijt getoond (lelijke spreien en Quilts. ) maar ook  gratis cake met de Canadese vlag erop,   lekker! Natuurlijk steunden we ook met liefde de plaatselijke boerenmarkt door een zak onovertroffen New Brunswick aardappelen te kopen. Daarna nog ff snel langs de plaatselijke watervallen en hop verder, op naar de kust.

Einde middag kwamen we aan na een dag met regen in de auto… met een net doorgebroken zonnetje bij Rockwell Beach (onder Moncton (NB)) bekend om zijn “Flower Pots” of te wel Bloempotten. Je snapt het wel als je straks de foto’s ziet.

Alleenstaande rotsen die uitgesleten zijn door de zee. Hetgeen het hier speciaal maakt is,  dat in  Fundy Bay het getijde verschil enorm is. De oceaan komt nl uit in een relatief smalle baai (en ja, dat is relatief, de overkant van die baai is nl zover weg, dat het wel helder weer moet zijn om hem te zien!)  Tussen eb en vloed kan op zijn best 14 m hoogte verschil zitten en toen wij er waren was dat zo’n 11 m. Dus ‘s ochtends loop je over de vloer van de Atlantische oceaan en “s middags staat er een  muur water. Het water stijgt zo snel dat in  een inham zo’n 20 km verderop  landinwaarts bij een versmalling  zo’n hoge golven ontstaan dat er op de gesurft kan worden ( hebben we niet gezien).

Na de Flower Pots met ons hele hebben en houwen de volgende dag  lang de kust 50 km verderop  naar Fundy National Park.  Langs de covered bridge. Hier zijn de houten bruggen overdekt zodat in de winter het hout beter beschermed is  en de brug makkelijker sneeuw vrij blijft. ......  Aan de ingang van het park ligt Alma, een klein vissersdorpje  dat van de kreeftenvisvangst leeft. De visser zijn gebonden aan het getij voor de in en uitvaart naar de zee. Maar we zagen ze ‘s middags binnen komen met kratten levende kreeften. Deze gaan dan naar een soort afslag waar ze verwerkt worden of verkocht aan de restaurants.

Overdag hebben we een wandeling gemaakt door het park, wederom genietend van prachtige uitzichten en s middags heerlijk in de zon op de camping. De parken zijn van de ene kant steeds hetzelfde, groen, groen, groen, maar toch hebben ze allemaal een andere sfeer, bodem, boomsoorten etc. en dat maakt ze uniek en nieuw en aantrekkelijk .
In dit geval besloot Arno zijn sandalen aan te trekken. Weer eens iets anders dan de wandelschoenen. Bleek een iets minder handig idee op als die wortelstronken, maar hij heeft het gered!

’s Avonds hadden we het wel verdiend en besloten we de lokale specialiteit niet aan onze neus voorbij te laten gaan. Dus dat werd lobster/kreeft eten. Met het juiste gereedschap, een met het gerecht meegeleverde gebruiksaanwijzing en een slab lukte het allemaal en genoten we van de plaatselijke lekkernij onder het tevreden toeziend ook Mirande, de serveerster.

De volgende ochtend hebben we eerst gegolfd op de prachtige golfbaan maar moeilijke  naast de camping. Je sloeg soms af van grote hoogte dat blijft spectaculair maar de baan was soms best smal en liep aardig scheef. Gelukkig hadden we een karretje, maar na 14 holes hadden we de pijp uit en… gebrek aan ballen 😊…. hebben we er een eind aan gemaakt.  Niks gemist, want het was een 9 holes baan.

In de middag naar Alma, het stadje aan de ingang van het  park,  ongeveer 4 km verderop. Daar hebben we aantal interessante weetjes over die kreeftenvisserij gehoord, bij het aanknopen van gesprekjes met binnenkomende vissers en met plek, waar de kreeft verwerkt wordt.

-          Men vist door het getijde verschil 12 uur achter elkaar of 4 uur. Iets ertussen kan niet, want dan verhinderd de terugtrekkende zee het binnenvaren. (Dat is natuurlijk specifiek voor Alma.

-          Vrijwel alle bedrijven zijn familiebedrijven, en dat includeert de vissers zelf, degenen die de kreeften verwerken en degenen die ze op een bord uitserveren of verkopen: alles binnen 1 familie, dus elk restaurant heeft zijn eigen boot.

-          Het verschil tussen een mannetjes en vrouwtje kreeft kun je zien aan de onderzijde (een open deur zou je zeggen)

-          Een kreeft heeft twee scharen maar deze zijn verschillend. De ene schaar wordt gebruikt als een soort tang, vergelijk het met de bek van een waterpomp tang  waarmee hij zijn prooi vast pakt. Eenmaal vast nooit meer los! De tweede schaar ziet er ook heel anders uit. Deze is vaak ook iets kleiner en is een soort knipper met hele kleine loei scherpe tandjes waarmee hij zijn prooi en stukjes knipt en verorbert. Dus de scharen zijn verschillend en  dus zijn er  links en rechts handige kreeften! De ene heeft de “tang schaar links zitten en de andere rechts.. grappig

-          Na de vangst worden op de boot de scharen meteen bij elkaar gebonden met een soort strak bandje. Daardoor kunnen ze niets meer grijpen en nog belangrijker: ook elkaar niet meer op kunnen eten. Het schijnt dat kreeften alles eten wat ze tegenkomen, dus ook soortgenoten.

-          Of het vanuit dieren welzijn mag hebben we niet gevraagd, of het aanvaardbaar is vragen we ons af.  Na binnenkomst worden de kreeften een voor een gewogen en op gewicht over kratten verdeeld. Daarna worden ze in koud zeewater bewaard totdat ze gekookt worden

-          Men wil graag het hele jaar door verse kreeft eten, ook  als het visseizoen is afgelopen. Daarom wordt een deel van de kreeften in kratten bewaard, zonder bewegingsruimte en constant overspoeld met koud zeewater. De kreeft gaat daardoor in een soort “winterslaap”.  Zo houden ze de kreeft als het ware “vers” en zo overbruggen ze het seizoen als er niet gevangen mag worden ( max 4 maanden) .
Eenmaal uit de doos weer in stromend water is de kreeft binnen 30 sec weer wakker en actief!

-          Maar dat is dan voor een korte tijd want de dan wacht de pan met kokend water…. Toen we daar naar vroegen zei de dame “ah they go in head first” m.a.w. : het lijden is van kortstondige duur…….

Na 2 prachtige dagen gingen we weer op pad. En aangezien de voorspelling “regen” was, vonden we dat niet erg. Ongeveer 300 km verderop naar Prins Edward Island. De HELE weg regen dat het Z…, maar in ons rijdende huis is het droog. Een camping gevonden in Park Jacques Cartier, in het noordwesten. Aan de kust. Bij aankomst brak ook hier de zon ff door, maar het waaaaaaaait hier enorm, dus blij dat we niet met een caravan op stap zijn. 

Donderdag 7-7 stonden we op. En 7  is blijkbaar niet voor niets een geluksgetal: de zon scheen vrolijk en de licht was strakblauw. Dus ontbijten en op de fiets. De omgeving is hier niet spectaculair maar op een of andere manier wel gezellig en genoeglijk en redelijk plat. . We  fietsten naar het oorden langs de kust naar Tignish Shore. Een vissersplaatsje met 2 tankstations (minimaal de helft van de mensen rijdt in een pick up truck. Bij navraag, omdat die wel en gewone personenauto’s niet aftrekbaar zijn en jij bij 1 op 8 heb je wel wat benzine nodig!) , 1 supermarkt, Daisy’s bakery ( 1 soort brood en vele soorten mierzoete gebakjes) en Dave’s Shack, waar we iets kochten dat leek op coffee to go en alle mensen aanschouwden die tussen de middag hun hamburgers met friet kwamen halen. En een blikje natuurlijk…


Aan het plaatselijke haventje waren wat vissers aan het klussen en van hen hoorden we als aanvullende kreeften weetjes dat:
- het visseizoen is hier mei/juni en augustus/september
- ook hier worden de kreeften in een soort winterslaap gebracht, wel duizenden en dat kan wel tot bijna een jaar
- in een korf vangen ze soms wel tot 30 kreeften
export is wereldwijd en vooral heel veel naar China. Levende kreeften!

De terugweg gefietst over een deel van de Confederation trail, die ruim 250 km lang is en van west naar oost over Prins Edward Island loopt.
Na ruim 45 km kwamen we tevreden thuis en genoten de rest van de middag van de zon en het uitzicht op de zee voor onze neus.   

Vrijdag 8 juli pakten we ons boeltje weer bij elkaar en reisden we ruim 400 km verder naar Antigonish, Nova Scotia (bedenk: Nieuw Schotland!) . Onderweg bezochten we nog een reservaat van de Mi’kmaw indianen, of te wel de oorspronkelijke bewoners. Ze leven op Lennox Island in een dorpje met 480 inwoners, proberen hun tradities deels in stand te houden, maar leven anderzijds ook weer gewoon als Canadezen. De indianen hebben door het hele noorden Quebec , New Brunswick en Nova Scotia land toegekend gekregen en recent krijgen ze ook een flink aantal miljarden van de Canadese regering als schade vergoeding.   Een wonderlijke combinatie  om volwassen mensen over hun Wik’wam  en Pow-Pow  horen praten. Maar ook een doos met 215 paar schoenen te zien staan die symbool staan voor de Indiaanse kinderen die op de katholieke kostschool   opgeleid zouden worden , maar ipv daarvan als slaaf en minderwaardig en dom mens  werden gebruikt. Veel lieten hierbij het leven. Misschien herinner je het nieuws nog van een jaar geleden dan dat bij de internaten de massagraven werden ontdekt. Een schandaal hier in Canada en natuurlijk voor de katholieke kerk. Door dit alles  een erg leuk en interessant bezoek.

In Antigonish bezochten we zaterdag de Highland games. Het schijnt de grootste editie te zijn van deze Schotse feestelijkheid ter wereld, buiten Schotland om dan. De spelen werden gehouden op een groot veld aan de rand van het stadje. De hele dag aanschouwden we danscompetities van traditionele schotse dans van meisje en mannen in rokken natuurlijk, die allerlei “sterke mannen” wedstrijden deden.  Zover mogelijk een kogels aan een lange stok weggooien, een kogels achter je rug om over een hoge staaf gooien, een hooibaal over een hoge stang gooien, met een lange boomstam (7 meter!!) recht in de lucht rennen en hen dan weggooien, waarbij hij recht over de kop met slaan en dat alles begeleid door de competitie van de piperbands. Ongelooflijk. Zowel de sterke mannen alsook de bezoekers kwamen van heinde en ver, tot aan North Carolina uit de US aan toe.  We maakten veel praatjes en bijna iedereen had wel ergens meer of minder schots bloed in de aderen.

Het blijft een fascinerend, jong land, dat Canada. Dat realiseerden we ons temeer, toen we ook de twee kerken bezochten, die speciaal deze dag waren opengesteld met een rondleiding. De heel oude Ninian Kerk uit 1903 (😊!!) was zeker de moeite waard door de uitleg van de aanwezige conservator, die gepassioneerd vertelde welke keuzes er tijdens de restauratie gemaakt dienden te worden.

Het feest met de band hebben we ’s avonds overgeslagen, maar we konden er toch van meegenieten. Vanwege een volle camping hadden we geknipoogd naar de parkeerwacht van de aangrenzende parkeerplaats en mochten we daar overnachten. Eer een ervaring rijker; parkeren “in het wild”.

In Quebec is alle bewegwijzering in het Frans. Consequent.
In New Brunswick alles 2 talig: Frans en Engels.
 Prins Edward Island: Engels, maar er zijn een paar Franstalige dorpen…
Nova Scotia: Engels en Keltisch , maar verder noordelijk Engels en Frans
Tja… dat is de consequentie van al die “oude” veroveraars… die allemaal hun eigen cultuur bewaken.

De volgende ochtend verder naar Cheticamp, ongeveer 250 km verderop in het noordoosten van Nova Scotia) voor de beroemde Cabot trail. Onderweg bezochten we een oldtimer show, waar voor Arno de auto’s en voor mij de bezoekers erg interessant waren. Het is allemaal klein, weinig mensen, maar wel gezellig.

Nou, en toen in alle rust op naar Cheticamp, in het noorden van Nova Scotia en aan het begin van de Cabot trail in Cape Breton Park. De weg erheen gaat deels langs de westkust en is erg mooi. De volgende dag een dagje op de camping gebleven, was gedaan, ff naar het strand, wel een ommetje gefietst naar het infocentrum, 16 km heen met wind in de rug en 16km terug , ja je snapt het al…
En natuurlijk kletsen met de buren (aan de ene kant een visser, die daar tijdelijk op krab vist. Het type “ruwe bolster, blanke pit) en aan de andere kant een aardig echtpaar uit het zuiden van Nova Scotia met veel tips.
De dag erna een pittige wandeling met nogal wat hoogteverschil, maar wederom grandioze uitzicht beloningen op de oceaan. Het geboekte walvis spotten kon helaas niet doorgaan: teveel wind. Dus in de avond weer een wandeling, maar nu met een gids, zodat we interessante uitleg kregen over de begroeiing, het gebied etc en een mooie zonsondergang. Die avond geslapen als een roos met al die km in de benen.

Vandaag, het is inmiddels woensdag, ging het walvis spotten weer niet door vanwege de wind en zijn we over de Cabot trail ongeveer  120 km naar het oosten gereden. Onderweg 4 kleine wandelingen gemaakt en natuurlijk gestopt bij de vergezichten. Het was echt GEWELDIG. Zeer diverse begroeiing, bij het moerasdeel kwamen we een praatgrage oud parkbeheerder tegen en de uitzichten, ook vanuit de auto,  zijn echt adembenemend. En kan je niet wachten tot de foto’s: de Youtube filmpjes kloppen helemaal in deze.

Nu staan we in het park op een camping en hopen we dat morgen de walvis  zoektocht wel door kan gaan. De man van het bedrijf dat we hiervoor aan deze kant  vonden was zeer hoopvol, maar ik neem toch maar flink wat zakjes mee… beter mee dan om verlegen.

Zoals jullie zien. De tijd vliegt voorbij. Jammer dat we WIFI hier ontoereikend is. Ik mis het opbellen naar huis wel. Daar staat de tijd ook niet stil. Hanne is in spannende afwachting van jajaja, haar laatste tentamenuitslag en dan is het studeren over en uit. Zij gaat zaterdag met de jaarclub naar Kenia. Je zou er dan graag ff willen zijn. Daan zien we gelukkig nog net als we thuiskomen. Hij gaat dan ook op vakantie naar Toscane, La Dolce vita!  dus die gaat het lekkere eten en warmte ook tegemoet . . En dan jullie allemaal….long time no see.. maar we gaan het bij leven en welzijn zeker inhalen.
Enne als de foto ’s erbij staan, dan waarschuw ik nog ff, voor degenen die willen kijken.

Voor nu: veel liefs voor allen, blijf gezond
Jacqueline en Arno

Foto’s

1 Reactie

  1. Marianne Michiels:
    19 juli 2022
    Wat n heerlijke verhalen weer!!! Zo komt onze reis die wij nu precies 10 jaar geleden naar Canada maakten weer helemaal terug in ons geheugen. Alleen waren wij aan de toeristischeWest coast!!